Op zaterdag 11 oktober 2025 presenteerde het Wetenschappelijk Bureau Nieuw Sociaal Contract (WB-NSC) een nieuw rapport over de situatie van de streektalen Nedersaksisch en Limburgs. Het onderzoek laat zien dat de erkenning van deze unieke talen achterloopt bij de gewenste situatie en geeft tevens aanwijzingen welke stappen nodig zijn om ze verder in de maatschappij te verankeren.
De presentatie vond plaats in het huis van Cultuur en Bestuur in Hoogezand. Het rapport werd daar door de auteur Henk Bloemhoff aangeboden aan Eddy van Hijum, partijleider en lijsttrekker van NSC, en Jurr van Dalen, kandidaat-Kamerlid.
Het Nedersaksisch en Limburgs werden beiden in 1996, respectievelijk 1997, door de Nederlandse overheid erkend als streektaal. Deze erkenning vond plaats onder het Europees Handvest voor regionale talen of talen van minderheden; een verdrag van de Raad van Europa. Destijds vond deze erkenning plaats onder Deel II van het Handvest wat gepaard ging met een aantal rechten die de positie van deze talen sterker in de maatschappij verankerde.
De volgende stap werd echter niet genomen; de erkenning van beide talen onder Deel III van het Handvest. Dit rapport onderzoekt de redenen waarom deze stap niet is genomen en geeft argumenten om deze unieke, waardevolle talen nu wel onder Deel III van het Handvest te erkennen.
